Bij een onderzoek onder Amerikaanse topatleten werd niet specifiek naar hun tempo tijdens de lange duurlopen gevraagd. Toch ontdekte de onderzoeker dat de ondervraagde lopers liefst 28 procent van hun totale wekelijkse kilometeromvang afwerkten in hun marathontempo of zelfs sneller.

Het lijkt ook een trend dat toppers hun lange langzame duurloop steeds vaker in het marathontempo afwerken. Meestal starten ze de eerste twaalf tot zestien kilometer in een langzamer tempo om in de volgende twaalf tot zestien kilometer te versnellen naar het marathontempo. Sommige trainers adviseren om verschillende delen van de wekelijkse lange langzame duurloop in het marathontempo uit te voeren. Op die manier traint ook de Zwitserse Europees kampioen Viktor Rothlin, die in het begin van deze eeuw is uitgegroeid tot een van de beste niet-Afrikaanse marathonlopers.

Wat betekent dit in de praktijk voor jouw training? Je kunt je lange duurloop beginnen in een tempo dat per kilometer dertig seconden langzamer is dan het tempo waarop je de marathon zou lopen.

Op een derde van de training versnel je voorzichtig naar een tempo dat per kilometer twintig seconden langzamer is en je sluit af met een tempo dat tien seconden langzamer is dan je marathontempo. Even meten, maar dan heb je ook wat!